Een van de nieuwe elementen van het nieuwe pensioenstelsel is dat de zogenaamde doorsneepremie komt te vervallen. Doordat ons Fonds een gesloten fonds is, speelt dit voor Pensioenfonds ING niet.
In het huidige pensioenstelsel is er sprake van een doorsneepremie. Dat betekent dat jonge deelnemers relatief te veel premie betalen, waarna ze als ze ouder worden relatief te weinig premie betalen. Zolang deelnemers lang bij dezelfde werkgever blijven werken of werknemers gelijkmatig in en uit dienst treden, gaat dit gemiddeld genomen goed en vallen de nadelen en de voordelen tegen elkaar weg. Maar als er – zoals nu de bedoeling is met de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel – abrupt met dit systeem gestopt wordt, ontstaat er een nadeel voor oudere werknemers. Zij hebben immers op jonge leeftijd veel meebetaald aan het systeem, maar profiteren niet (meer) van de voordelen nu ze ouder zijn.
Het is aan vakbonden en werkgevers om hier in de toekomst aan de cao-tafel gezamenlijk afspraken over te maken hoe er compensatie geboden kan worden aan deze oudere deelnemers.
Belangrijk om te realiseren is dat bij Pensioenfonds ING dit probleem niet speelt, omdat het Fonds in 2014 is gesloten en er geen premieheffing of nieuwe pensioenopbouw meer plaatsvindt. De doorsneepremie is dus alleen relevant voor pensioenfondsen waar nog sprake is van pensioenopbouw.
Zowel in het huidige stelsel als in het nieuwe pensioenstelsel geldt dat Pensioenfonds ING streeft naar een waardevast pensioen voor alle deelnemers. Bij een eventuele overgang naar het nieuwe stelsel mag Pensioenfonds ING een deel van zijn buffers verdelen over de deelnemers. Dit betekent dat het pensioen bij een eventuele overgang naar het nieuwe stelsel hoger zal zijn dan in het huidige stelsel. Hoeveel hoger het pensioen precies zal zijn zal onder meer afhankelijk zijn van de dekkingsgraad van het Fonds op het moment van overgaan.